In de dagelijkse praktijk blijkt een steeds grotere hoeveelheid belangrijke bedrijfskritische informatie zich te bevinden in allerlei bestanden verspreid over verschillende personal computers en servers in het bedrijfsnetwerk. Te denken valt aan bedrijfstoepassingen (b.v. financiële administratie, urenregistratie, planning), ondersteunende tools (b.v. XML spreadsheets, project management, e-mail), persoonlijke databases (b.v. Access, dBase IV) en bedrijfsdatabase servers (b.v. SQLServer, SQLBase). Zelfs indien een centrale bedrijfsdatabase wordt toegepast dan nog blijkt dat veel informatie daarbuiten ligt opgeslagen. Om nu ook deze informatie beschikbaar te stellen voor andere toepassingen of te betrekken in allerlei overzichten, lijsten, rapporten etc. zit er niets anders op dan deze informatie over te brengen naar de bedrijfsdatabase. Dit blijkt in de praktijk meestal een kostbaar proces en leidt tot dubbele informatie opslag en mogelijke synchronisatie problemen. Bovendien is het niet altijd handig dat alle bedrijfsinformatie in een centrale database ligt opgeslagen. Dit geldt met name voor persoonlijke tools zoals een e-mail programma of speciale spreadsheet toepassingen. Indien b.v. een verkoopmedewerker e-mail wil lezen of ophalen zal in dat geval altijd tevens een verbinding met de centrale database moeten worden gemaakt. Afgezien van de extra hoeveelheid overhead is het waarschijnlijk voor het bedrijf noch voor de verkoopmedewerker interessant om zijn persoonlijke e-mail centraal op te slaan. Beter is om de verkoopmedewerker slechts indien hij daar behoefte aan heeft een verbinding met de centrale database te laten maken. Bijvoorbeeld om een overzicht te generen van alle niet beantwoordde e-mail uit Rotterdam uit zijn persoonlijke e-mail bestand met daarbij b.v. omzetgegevens, betalingsgedrag, bezoekadres of telefoonnummer afkomstig uit de centrale database. Verder hebben vele standaard applicaties juist hun populariteit te danken aan het feit dat ze zonder centraal DBMS kunnen werken omdat ze de functionaliteit hiervan niet nodig hebben en daardoor snel en zonder overhead kunnen werken. Daarom gebruiken veel standaard pakketten hun eigen interne formaat zoals spreadsheets en e-mail programma’s. Aan de andere kant hebben andere toepassingen juist de informatie uit de standaard pakketten nodig om b.v. bepaalde acties te ondernemen of zoals eerder geschetst de gewenste overzichten of rapporten te genereren. Om deze reden heeft Microsoft OLE DB gedefinieerd als een gestandaardiseerde interface die elke toepassing uniforme toegang biedt tot de gegevens welke liggen opgeslagen in uiteenlopende databronnen. Deze interface is zodanig gedefinieerd dat een databron alleen die functionaliteit hoeft aan te bieden die voldoende is om volledige toegang tot de gegevens te bieden. Dit in tegenstelling tot een ODBC driver waarvoor een databron altijd volledige functionaliteit ter beschikking moet stellen waaronder een bepaald niveau ODBC SQL ondersteuning, ook indien de databron van slechts één of enkele eenvoudige tabellen gebruik zou maken.